In de Middeleeuwen was Utrecht het belangrijkste geestelijk centrum van de Noordelijke Nederlanden. In 1579 werd de Unie van Utrecht getekend, wat onder meer inhield dat de openlijke uitoefening van de Katholieke godsdienst verboden werd. Sommige mensen bleven heimelijk katholiek en kwamen bijeen in schuilkerken. Eind achttiende eeuw kwam hier verandering in en traden katholieken en andere achtergestelde geloofsgroepen weer naar buiten. In deze lezing is het alsof u teruggeworpen wordt in de tijd. U wandelt door historisch Utrecht langs middeleeuwse kerken en kloosters en werpt daarbij een blik op Utrecht als religieus centrum van voor de reformatie. U komt in aanraking met markante figuren, zoals Cornelia Spaens die zonder enige schroom actief deelnam aan hagenpreken en Trijn van Leemput die de hamer hief om het Vredenburg te slopen. In het verstilde hofje van de Mariahoek weergalmt het eeuwenoude geklop van de begijntjes. In dit verhaal kijkt u om het hoekje naar de achtergronden van twisten waarin geloof een belangrijke rol speelde.